Op 1 januari a.s. is het zo ver: kantoren mogen niet meer worden gebruikt (!) als ze geen energielabel op minimaal niveau c hebben. RVO monitort hoeveel kantoren voldoen; per 1 oktober jl. zou nog maar 50% een Label-C hebben. Er moet dus rekening worden gehouden met een fikse handhavingsopgave.
Voor de handhaving heeft IPLO inmiddels onder meer een stappenplan met stroomdiagrammen opgesteld. Daarin is onder meer beschreven dat bij handhaving het optreden in eerste instantie zou moeten worden gericht op de eigenaar, waarbij wordt verwezen naar artikel 3.3 het Bbl. Het Bbl is echter - als gevolg van het uitstel van de Omgevingswet - nog niet in werking getreden en bovendien noemt dit artikel niet alleen de eigenaar als zogenoemde normadressaat maar ook 'degene die uit anderen hoofde bevoegd is tot het treffen van voorzieningen aan dat bouwwerk'. Daar komt nog bij dat de label-c plicht geen verplichting is om 'voorzieningen te treffen' maar een verbod om een kantoor te gebruiken.
Met andere woorden: het zal niet altijd even eenvoudig zijn om te bepalen of er bij de verhuurder dan wel huurder gehandhaafd moet worden.
Recent heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (opnieuw) overwogen dat als 'overtreder' moet worden aangemerkt: 'degene die het desbetreffende wettelijke voorschrift schendt. Dit is in de eerste plaats degene die de verboden handeling fysiek verricht. Daarnaast kan in bepaalde gevallen degene die de overtreding niet zelf feitelijk begaat, maar aan wie de handeling is toe te rekenen, voor de overtreding verantwoordelijk worden gehouden en dus als overtreder worden aangemerkt.'
Het hangt dus van de specifieke feiten af wie als overtreder moet worden beschouwd. Dat zou ook een huurder kunnen zijn.