Op 1 januari 2024 stonden volgens het CBS ongeveer 188.830 woningen leeg. Leegstand is altijd onwenselijk maar nu zoveel van ons een woning zoeken, is het extra vervelend. In dit blog gaan wij in op de juridische instrumenten die gemeenten hebben om langdurige leegstand aan te pakken. Ook wordt ingegaan op de beoogde aanscherping van de Leegstandwet.
Volgens het Rapport Evaluatie van de Leegstandwet (2024) ervaren gemeenten vooral toenemende schaarste en verloedering als de belangrijkste gevolgen van leegstand. De leegstand wordt met name veroorzaakt door een te hoge vraagprijs, een verouderde bestemming en een beperkte vraag naar specifieke soorten vastgoed. Sinds 1 oktober 2010 heeft de gemeenteraad via de Leegstandwet de bevoegdheid gekregen om een leegstandverordening vast te stellen. Met zo’n verordening kunnen gemeenten actief leegstand tegengaan. Zij kunnen zelfs een nieuwe gebruiker voordragen om een leegstaand pand te vullen.
De gemeenteraad regelt in de leegstandverordening een meldingsplicht. Eigenaren zijn verplicht om een leeg pand te melden als het langer dan zes maanden leegstaat. Doen zij dat niet, dan kan het college van burgemeester en wethouders een bestuurlijke boete opleggen.
Na de melding, gaat de gemeente in overleg met de eigenaar. In dit overleg wordt onderzocht welke mogelijkheden er zijn om de leegstand te beëindigen en hoe de gemeente daarbij kan ondersteunen.
Na overleg of niet-medewerking en als het pand een jaar leegstaat, kan het college een leegstandbeschikking nemen. Hierin wordt de geschiktheid vastgesteld van het gebouw voor het gebruik. Vervolgens kan het college een gebruiker voordragen. Dat gebeurt niet meteen; de eigenaar moet eerst de gelegenheid krijgen om zelf een einde te maken aan de leegstand. De voordracht is het laatste redmiddel. De eigenaar moet dan binnen drie maanden een gebruiksovereenkomst aanbieden aan de voorgedragen gebruiker.
Het kan uiteraard ook voorkomen dat een leegstand pand ongeschikt is voor gebruik. In de leegstandsbeschikking kunnen eigenaren verplicht worden voorzieningen te treffen zodat het pand wel geschikt wordt voor gebruik. Het betreft hier uitsluitend voorzieningen die noodzakelijk zijn om het gebouw in overeenstemming met de bestemming te kunnen gebruiken, bijvoorbeeld een functionerend toilet in een appartement.
Na een succesvol experiment in Amsterdam en Utrecht wil demissionair Minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening de Leegstandwet aanpassen. Na de wetsaanpassing wordt de termijn van een jaar verkort, waardoor leegstand sneller kan worden aangepakt. Daarnaast hoeft het gemeentebestuur geen gebruiker meer voor te dragen. In plaats daarvan kan de eigenaar worden verplicht om het pand binnen een bepaalde termijn beschikbaar te maken voor bewoning en ook als woning in gebruik te nemen. Werkt de eigenaar niet mee? Dan kan het college een dwangsom opleggen om zo naleving af te dwingen.
Bron: Catch Legal