Bij het toetsen aan het bestemmingsplan en/of de regeling vergunningvrij bouwen ontstaat al vaak de vraag wanneer gesproken mag worden van een perceel- of erfgrens. Moeten deze bouwwerken daadwerkelijk op de perceel- of erfgrens worden geplaatst?
Bij het toetsen aan het bestemmingsplan en/of de regeling vergunningvrij bouwen ontstaat al snel de vraag wanneer gesproken mag worden van een perceel- of erfafscheiding. Moeten deze bouwwerken daadwerkelijk op de perceel- of erfgrens worden geplaatst om als perceel- of erfafscheiding aangemerkt te mogen worden? Het verschil tussen een erf en een perceel is overigens uitgelegd in
dit artikel
van Exsin
Uit jurisprudentie volgt dat de afscheiding niet op de grens geplaatst hoeft te worden van een erf of een perceel tenzij het in de definities van het bestemmingsplan anders bepaald is. Wel is van belang dat de afscheiding de functie en uitstraling heeft om een erf of perceel te scheiden. Zie de volgende drie uitspraken waarbij de afscheiding NIET als perceel- of erfafscheiding is aangemerkt:
1) Op 13 februari 2013 heeft RvS de uitspraak gedaan dat een hekwerk om dieren weg te houden niet aangemerkt kan worden als een erfafscheiding:
LJN: BZ1276, Raad van State , 201205250/1/A1
Het hekwerk is geen erf- of perceelafscheiding als bedoeld in artikel 2, aanhef en onder 12, van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (hierna: het Bor), reeds omdat het gelet op de situering en het doel daarvan, niet dient als afscheiding van het erf of perceel.
2) Ook de
afscheiding bij een paardenbak
heeft niet de functie om een erf af te scheiden en is daarom ook geen erfafscheiding
3)
RvS 22-6-2011 201007090/1/H1 Functionele relatie erfafscheiding
Artikel 2 lid 12 Bor
Erfafscheiding moet functionele relatie hebben met hoofdgebouw
In dit geval:
Boerderij staat op de bestemming wonen Wordt erafscheiding aangebracht op de bestemming agrarisch gebied De erfafscheiding staat niet ten dienste van de agrarische bedrijfsvoering
Wel als erf- of perceelafscheiding zijn aangemerkt:
16 september 2009, LJN: BJ7781, Raad van State , 200809280/1/H1
Erfafscheiding op een afstand van meer dan een meter uit perceelgrens
-----------------
12 augustus 2009 LJN: BJ5063, Raad van State , 200809019/1/H1
De omstandigheid dat de stenen muur niet op de perceelsgrens - waarop zich reeds de toogschutting bevindt - doch op een afstand van ongeveer 10 cm daarvan is opgericht, leidt niet tot een ander oordeel, nu een erf- of perceelafscheiding naar haar aard is gelegen op of voor de grens van een perceel.
---------------
11 maart 2009 LJN: BH5519, Raad van State , 200804941/1
2.3. Het college betoogt voorts dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de op het perceel opgerichte schutting geen erfafscheiding in de zin van artikel 7, lid A II, sub 2, aanhef en onder l, van de planvoorschriften is.
2.3.1. Dit betoog slaagt. In het bestemmingsplan is geen omschrijving opgenomen van de betekenis van de term erfafscheiding. Ingevolge artikel 2, aanhef en onder e, van het Besluit Bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichte bouwwerken is voor het oprichten van erfafscheidingen geen bouwvergunning vereist, mits zij niet hoger zijn dan één of twee meter. In dat geval dient het te gaan om het plaatsen van een erfafscheiding op een erf of perceel, waarop reeds een gebouw staat. Voorts dient die erfafscheiding op meer dan één meter achter de voorgevelrooilijn en op meer dan één meter van de weg of het openbaar groen te worden geplaatst.
De rechtbank heeft hieruit ten onrechte afgeleid dat een erfafscheiding dient te zijn gelegen op een grens tussen twee erven en de opgerichte schutting om die reden geen erfafscheiding, als bedoeld in artikel 7, lid A II, sub 2, aanhef en onder l, van de planvoorschriften, is.
--------------
17 december 2008 LJN: BG7198, Raad van State , 200801546/1
Het hekwerk moet worden aangemerkt als een erfafscheiding als bedoeld in de planvoorschriften. Dat het hekwerk aan de zijde van de Hendrikahoeve niet samenvalt met de perceelsgrens betekent niet dat in zoverre geen sprake is van een erfafscheiding, zoals [appellant] betoogt.
Bronnen: LinkedIn en Rechtspraak.nl