Auto’s die op autogas (LPG) rijden kunnen tanken bij LPG-tankstations. Vanwege de veiligheid moet er voldoende afstand zijn tussen een LPG-tankstation en woningen in de buurt. Het RIVM heeft de afstanden tussen LPG-tankstations en woningen opnieuw berekend. Hierbij is rekening gehouden met twee veiligheidsmaatregelen die tankauto’s kunnen hanteren. Uit de berekeningen blijkt dat de afstand tussen een LPG-tankstation en woningen groter moet zijn als een tankauto één van de twee of geen van de maatregelen heeft uitgevoerd. Zonder de maatregelen kunnen afstanden meer dan twee keer zo groot nodig zijn. Het RIVM raadt het ministerie van IenW aan om de nieuwe berekeningen te gebruiken.
De afstanden die tussen LPG-tankstations en woningen moeten worden aangehouden, staan in de Revi (Regeling externe veiligheid inrichtingen). De huidige afstanden zijn gebaseerd op berekeningen van het RIVM. Tot nu toe ging het RIVM bij de berekeningen uit van twee veiligheidsmaatregelen voor de tankauto’s die LPG vervoeren: een hittewerende coating en een verbeterde vulslang. De coating is een laag die de tank van de tankauto beschermt tegen brand. De verbeterde vulslang breekt minder snel als het LPG uit de tankauto wordt gepompt.
De kans op een ongeluk is kleiner wanneer een tankauto de twee maatregelen heeft ingevoerd, maar de maatregelen zijn mogelijk niet altijd aanwezig. De afstanden zijn daarom berekend voor tankauto’s met en zonder de veiligheidsmaatregelen. Zo wordt duidelijk wat het effect is van de maatregelen op de afstand tussen een LPG-tankstation en woningen. Hoe groot de afstand precies moet zijn, wordt bepaald door het aantal keren dat de LPG-tankauto het LPG bijvult op het tankstation. Naar verwachting hebben de meeste Nederlandse tankauto’s de coating en verbeterde vulslang.
Het onderzoek is in opdracht van IenW gedaan. Dit ministerie bepaalt uiteindelijk welke afstanden in de Revi staan.
Rapport: Effect van risicoreducerende maatregelen op het plaatsgebonden risico van LPG-tankstations