Oppervlakteberekening bij het vergunningvrij bouwen in relatie tot bestemmingsplan is complex

Op de thema website vergunningvrij bouwen van OmgevingsWeb worden drie uitgewerkte voorbeelden gegeven hoe het oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken bij het vergunningvrij bouwen bepaald moet worden:

• Oefening 1 bepaal het vergunningplichtig oppervlak

• Oefening 2 is deze uitbreiding vergunningvrij

• Oefening 3 is deze aanbouw vergunningvrij

Oppervlakte vergunningvrije bouwwerken ALLEEN in beginsel niet meetellen bij bestemmingsplantoets

De oppervlakte van artikel 2 bijlage II Bor (30 m2 en 2,5 meter strook) hoeft niet meegeteld te worden voor de toegestane oppervlakte in het bestemmingsplan.

RvS oordeelt in

deze uitspraak

echter dat dit alleen in het beginsel van toepassing is. Je moet altijd controleren dat het bestaande vergunningvrij bouwwerk op grond van artikel 2 na realisering van het nieuwe bouwwerk ook nog steeds aan de 50% bepaling (bebouwd oppervlak) voldoet. Wanneer dit niet het geval is moet je toch het vergunningvrij deel bij de bestemmingsplantoets betrekken.

Voorbeeld: achtererf 200 m2, 30 m2 vergunningvrij tuinshuisje aanwezig, bestemmingsplan laat 100 m2 toe.

Wil je nu een garage bouwen van 100 m2 dan kan dit niet vergunningvrij op basis van artikel 3 ondanks de 100 m2 conform het bestemmingsplan is. Na realisatie voldoet het oorspronkelijk vergunningvrij bouwwerk van 30 m2 namelijk niet meer aan de 50% van artikel 2 lid 3 onder E van het Bor.

De garage mag op basis van artikel 3 nu slechts 70 m2 groot worden waardoor  feitelijk het vergunningvrij oppervlak uit artikel 2 wel meegeteld moet worden.

Natuurlijk kun je ook een garage van 100 m2 bouwen wanneer de gemeente een planologische afwijking van 30 m2 verleent met een c-vergunning (Wabo vergunning strijdig gebruik bestemmingsplan).

Het resultaat van het vergunningvrij bouwen kan dus nooit leiden dat het achtererfgebied voor meer dan 50% bebouwd is.