Kars de Graaf is hoogleraar bestuursrecht en duurzaamheid aan de Rijksuniversiteit Groningen en daarnaast regeringscommissaris voor de Omgevingswet. Op 28 november is hij een van de sprekers tijdens de Schakel Special in Heerenveen.
De functie van regeringscommissaris Omgevingswet bestaat sinds de inwerkingtreding, op 1 januari 2024. Vanuit deze functie kan De Graaf gevraagd en ongevraagd advies geven over de Omgevingswet. Hij bewaakt, zoals het is geformuleerd, 'de eenheid, kwaliteit en doorontwikkeling van de Omgevingswet'. Daarvoor is een breed netwerk nodig. De Graaf: 'Ik onderhoud contact met het bestuur, de rechtspraak, de wetenschap en de uitvoeringspraktijk. Wat dat laatste betreft is het bijwonen van de Schakel Special een prachtige manier om meer te horen over hoe de Omgevingswet functioneert.'
De Graaf bewaakt de bedoeling en de ontwikkeling van de Omgevingswet. 'Het idee is: de potentie van de Omgevingswet moet optimaal worden benut. Als de insteek in de praktijk is dat alles beleidsneutraal wordt overgezet van oude instrumenten naar nieuwe, dan bestaat een aanzienlijke kans dat de essentie van de wet onvoldoende uit de verf komt.'
Ook let hij op bredere maatschappelijke ontwikkelingen en de Omgevingswet. 'Eén van de motto's van de Omgevingswet is 'Decentraal, tenzij'. Dat motto lijkt soms in strijd met de huidige tijdgeest. Zo lijkt er een centraliserende tendens de afgelopen jaren en wordt meer regie vaak als oplossingsrichting genoemd voor het behalen van doelen in de fysieke leefomgeving. We moeten samen opletten dat al doende niet een van de uitgangspunten van de Omgevingswet wordt aangetast.'
De Graaf gaat niet over alle praktische uitvoeringskwesties van de wet. Dat is het terrein van de evaluatiecommissie Omgevingswet. Met die commissie heeft hij wel regelmatig contact. 'De evaluatiecommissie onderzoekt of de doelen van de wet in de praktijk worden behaald en koppelt de uitkomsten terug aan de minister. Als daarvoor aanleiding is, kunnen die uitkomsten leiden tot adviezen van de regeringscommissaris over de doorontwikkeling van de wet.'
Van de eerste 10 maanden Omgevingswet heeft De Graaf een voorzichtig positieve indruk. 'In het algemeen lijkt het erop dat de Omgevingswet niet direct tot grote problemen heeft geleid. Al zal het zeker niet overal van een leien dakje gaan. Ik moet er wel bij zeggen dat veel instanties net begonnen zijn en dat het meeste werk nog vóór ons ligt.'
Zijn er zaken die opvallen in de uitvoeringspraktijk? 'Ik zie in veel gemeenten een enorme populariteit van de BOPA, de buitenplanse omgevingsplanactiviteit. Daarmee kan men een vergunning verlenen die afwijkt van de regels in het omgevingsplan. Die populariteit is erg goed te verklaren, maar uiteindelijk moeten omgevingsplannen worden aangepast. Verder zie je bij nieuwe bouwactiviteiten dat initiatiefnemers onvoldoende bekend zijn met 'de knip'. Dat houdt in dat de vergunning voor het bouwen in tweeën is geknipt: 1 aanvraag voor de technische en 1 aanvraag voor de ruimtelijke bouwactiviteit. Dit is voor een initiatiefnemer vaak niet helder.'
Signalen over de werking van het wettelijke stelsel neemt De Graaf graag mee in zijn streven de potentie van het wettelijk stelsel van de Omgevingswet optimaal te benutten. Het is ook de reden dat hij op 28 november de hele dag op de Schakel Special zal zijn om zoveel mogelijk mensen uit de uitvoering te spreken. 'Spreek mij vooral aan die dag. Lukt dat niet, ik ben ook per mail bereikbaar, RegeringscommissarisOmgevingswet@minbzk.nl. De Omgevingswet is niet af en samen kunnen we hem steeds beter laten werken.'