De Afdeling advisering van de Raad van State heeft op 9 november 2022 een zogenoemde voorlichting vastgesteld over het gewijzigde wetsvoorstel voor het volledig democratiseren van waterschapsbesturen. De Eerste Kamer had om deze voorlichting gevraagd nadat de Tweede Kamer het oorspronkelijke wetsvoorstel had aangepast. De voorlichting is op 14 november 2022 openbaar gemaakt en gepubliceerd op de website van de Raad van State.
Het bestuur van de waterschappen bestaat uit een algemeen en een dagelijks bestuur. Het algemene bestuur wordt deels gekozen via algemene verkiezingen door burgers (de waterschapsverkiezingen). In het algemeen bestuur zijn ook plaatsen gereserveerd voor belangenorganisaties. Deze worden ‘geborgde zetels’ genoemd. De belangenorganisaties (agrariërs, bedrijfsleven en natuurbeheerders) bepalen welke personen namens hun organisaties plaatsnemen in het algemeen bestuur.
Het algemeen bestuur kiest een dagelijks bestuur. Ook daarin zijn geborgde zetels. De provincie bepaalt, binnen de grenzen van de Waterschapswet, het aantal geborgde zetels én de omvang van het algemeen en dagelijks bestuur.
Tweede Kamerleden Laura Bromet (GroenLinks) en Tjeerd de Groot (D66) dienden in 2020 een initiatiefwetsvoorstel in om de geborgde zetels af te schaffen. Dat wetsvoorstel hield in dat de samenstelling van het algemeen bestuur volledig bepaald zou worden door de waterschapsverkiezingen. Ook geborgde zetels in het dagelijks bestuur zouden verdwijnen. De Afdeling advisering adviseerde in december 2020 over het oorspronkelijke voorstel. Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer is een amendement ingediend om het wetsvoorstel aan te passen. Dit amendement leidt ertoe dat in het wetsvoorstel de geborgde zetels voor het bedrijfsleven verdwijnen, maar dat agrariërs en natuurbeheerders ieder twee zetels in het algemeen bestuur behouden. In het dagelijks bestuur verdwijnen alle geborgde zetels. De Tweede Kamer stemde in mei van dit jaar in met het aangepaste voorstel.
Op dit moment behandelt de Eerste Kamer het aangepaste wetsvoorstel. In het kader daarvan vroeg de Eerste Kamer de Afdeling advisering om een voorlichting. De Eerste Kamer wil weten hoe de belangen in de nieuwe situatie zouden worden vertegenwoordigd in het waterschapsbestuur. Daarbij vroeg de Eerste Kamer ook naar de stabiliteit van deze nieuwe constructie, nu het bedrijfsleven niet langer vertegenwoordigd zou zijn.
De Afdeling advisering constateert dat met het aangepaste wetsvoorstel het waterschapsbestuur voor het grootste gedeelte wordt gebaseerd op algemene verkiezingen. De specifieke belangenbehartiging door de geborgde zetels blijft bestaan, maar wordt in hoge mate beperkt. Daarmee past dit voorstel in een ontwikkeling die al eerder is ingezet, namelijk richting een waterschapsbestuur dat steeds meer is gebaseerd op een algemene kiezersuitspraak, en niet op belangen van specifieke groepen. Dat het bedrijfsleven niet langer een geborgde zetel zal hebben in de nieuwe situatie, leidt volgens de Afdeling advisering niet tot instabiliteit van het bestuur. De belangen van het bedrijfsleven komen voor een groot deel overeen met de belangen van burgers, die via verkiezingen hun stem kunnen laten horen. Op deze manier worden deze belangen toch gehoord in het waterschapsbestuur.
De Eerste Kamer vroeg ook naar de rol van de provincie bij de omvang en samenstelling van het bestuur van de waterschappen. Provinciale staten bepalen zowel de omvang van het algemeen en het dagelijks bestuur als het aantal geborgde zetels per categorie. In de nieuwe situatie wordt het aantal geborgde zetels in het algemeen bestuur in de Waterschapswet beperkt tot twee per categorie. Provinciale staten blijven wel de omvang van het algemeen bestuur bepalen. Dat is niet helemaal consistent, omdat de verhouding tussen geborgde zetels en algemene zetels in het algemeen bestuur in de nieuwe situatie per waterschap kan verschillen. Gezien het geringe aantal geborgen zetels verwacht de Afdeling advisering niet dat dit grote gevolgen heeft. De politieke discussie in de provinciale staten spitste zich in het verleden namelijk vooral toe op het aantal geborgde zetels. Wel adviseert de Afdeling advisering om in de gaten te houden of het vastleggen van de geborgde zetels in de toekomst ook zou moeten leiden tot het vastleggen van de omvang van het algemeen en het dagelijks bestuur in de Waterschapswet.
Lees hier de volledige tekst van de voorlichting van de Afdeling advisering.