Om meer regie te houden op een betaalbaardere woningmarkt wil de gemeente Utrecht een actiever grondbeleid voeren. Wel zijn steun van het Rijk en een uitgebreidere gereedschapskist met een bouwplicht en planbatenheffing nodig, vindt de gemeente.
Dat staat in de nieuwe Beleidsnota Grondbeleid Utrecht 2024 die het college aan de gemeenteraad heeft aangeboden. Met het actieve grondbeleid wil de gemeente “een stevigere rol om maatschappelijke doelen waaronder die op de woningmarkt te halen”.
“Betaalbaar wonen is een van de speerpunten van het coalitieakkoord. Actief grondbeleid is een belangrijke stap om betaalbaar wonen in de toekomst mogelijk te maken”, zegt wethouder Linda Voortman van grondzaken.
“Door nu in te grijpen voorkomen we dat bijvoorbeeld ontwikkelaars de kans krijgen grondprijzen verder op te drijven. Door dit soort onnodige prijsstijgingen te voorkomen, brengen we voor Utrechters betaalbaar wonen een stap dichterbij. Een eerlijke grondprijs nu betekent betaalbaarder wonen in de toekomst.”
De gemeente werkt nu al met de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg). Vestiging van het voorkeursrecht verplicht eigenaren om bij verkoop eerst aan de overheid aan te bieden. Die koopt de grond dan voor een marktconforme prijs. “Hierdoor blijven de ontwikkelkosten in het gebied onder controle en daardoor houden we meer regie op de huizenprijzen.”
Maar enkel de Wvg in huidige vorm is niet toereikend, aldus Utrecht. De gemeente pleit voor een langere vestigingstermijn. “De huidige termijn van drie jaar is te krap, zeker als dat betrekking heeft op binnenstedelijke gebiedsopgaven.”
Ook is er financiële ondersteuning nodig, aldus Utrecht. Actief grondbeleid doet een beroep op de gemeentekas. De gemeente verwacht dat gebiedsontwikkelingen waarop de gemeente de regie wil voeren een negatief resultaat zullen hebben. Gaten in de businesscase kunnen deels worden gedicht met programmatische sturing, maar er zijn ook (rijks-)subsidies nodig, vindt de stad. Ook pleit de gemeente ervoor om risico’s (deels) weg te nemen door garantiestelling van het Rijk, of gezamenlijke grondverwerving met het Rijk.
Verder pleit de gemeente voor invoering van planbatenheffing. Dat is een belasting op waardestijging van gronden door bestemmingswijzigingen. Zo zou de gemeente winstgevende grondexploitaties kunnen verevenen met verliesgevende. Planbatenheffing is wel een controversieel instrument. BZK-minister Hugo de Jonge wil meer onderzoek laten doen voordat hij het eventueel instelt.
Als laatste wil Utrecht een bouwplicht kunnen invoeren bij locaties die niet in eigen bezit zijn. “Te vaak komt het voor dat bouwlocaties die wij als gemeente niet zelf in eigendom hebben braak blijven liggen terwijl planologische kaders en overige (juridische) randvoorwaarden zijn geborgd. Soms wachten partijen in de hoop op betere tijden terwijl de opgaven waar wij voor staan niet kunnen wachten”, staat in de nota. “We pleiten voor de invoering van een bouwplicht in dergelijke gevallen of in ieder geval een instrument dat tot hetzelfde resultaat leidt.”