De Tweede Kamer stemde donderdag met grote meerderheid voor de Wet betaalbare huur. Pogingen van de VVD en BBB om stemming uit te stellen, waren tevergeefs.
Het was een spannende week voor minister Hugo de Jonge van BZK. Over zijn Wet betaalbare huur werd maandag en woensdag gedebatteerd, en donderdag volgde nog stemming over tientallen amendementen en moties.
Iets voor achten op die dag was er dan toch witte rook voor de minister: een ruime Kamermeerderheid stemde voor zijn wet. De PVV was uiteindelijk doorslaggevend. Op maandag had die partij al toegezegd voor de wet te zijn, maar wel onder voorbehoud dat de regulering niet veel strenger zou worden.
Dat gebeurde bij de stemming over de amendementen dan ook niet. Voorstellen van bijvoorbeeld de SP en GroenLinks-PvdA die de regulering wezenlijk rigoureuzer zouden maken, haalden geen meerderheid. Anderzijds kregen amendementen van de VVD om verhuurders met maximaal drie woningen en woningen duurder dan 390.000 euro uit te sluiten van de regulering, ook geen steun van de Kamer.
De mondigste tegenstanders van de wet waren de VVD en BBB. Zij probeerden in de aanloop naar de stemming om die uit te stellen. BBB-Kamerlid Mona Keijzer pleitte ervoor om de Raad van State nog eens advies te laten geven over de wet, met oog voor de amendementen. Dat is hoogst ongebruikelijk – de Raad adviseert in principe enkel over wetsvoorstellen vóór ze naar de Kamer gaan. Keijzers oproep werd dan ook niet gehonoreerd.
In de Eerste Kamer staat de wet er goed voor. De voorstemmende partijen, waaronder GroenLinks-PvdA, PVV, NSC, CDA en D66, hebben ook daar een meerderheid. Al is de verwachting dat ook in de Senaat de BBB en VVD zullen blijven strijden tegen de door hen gehekelde regulering.
Met de Wet betaalbare wordt het woningwaarderingsstelsel doorgetrokken naar de middenhuur. De aanvangshuren van woningen tot 187 punten worden gereguleerd.
Dat moet ervoor zorgen dat op termijn de huren van 300.000 huurwoningen dalen. Uiteindelijk zou 90 procent van alle huurwoningen in Nederland minder dan 1.000 euro huur betalen, liet het ministerie van BZK berekenen.
Tegenover die belofte van betaalbaarheid, staat ook veel kritiek. Voornaamste reden dat de BBB en VVD tegen zijn, is dat zij vrezen voor sterk verminderend aanbod in de vrijesectorhuurmarkt. Verhuurders zouden woningen verkopen, en nieuwbouw zou stagneren.
Die laatste waarschuwing wordt overigens weerlegd door ontwikkelaars en institutionele beleggers. De NEPROM en IVBN steunen de nieuwe huurwet, stellen de belangenverenigingen in een persbericht.
Ook BPD, de grootste ontwikkelaar van Nederland, liet zich eerder positief uit over de wet. “Met deze wet kunnen wij volop blijven doorbouwen aan meer betaalbare huurwoningen in Nederland”, liet directeur Harm Janssen op maandag weten.