Woensdag 5 oktober 2022 heeft Johan Remkes zijn aanbevelingen gedeeld naar aanleiding van de gesprekken met verschillende partijen over de brede transitie van de landbouw en het landelijk gebied. Minister Adema van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en minister Van der Wal voor Natuur en Stikstof hebben namens het kabinet het advies 'Wat wel kan – Uit de impasse en een aanzet voor perspectief' in ontvangst genomen. Het kabinet gaat de aanbevelingen bestuderen en komt in oktober met een inhoudelijke reactie op het stuk.
Geachte Voorzitter,
Zoals eerder aan de Tweede Kamer is gemeld heeft de heer Remkes opgetreden als onafhankelijk gesprekleider voor de gesprekken tussen het kabinet, medeoverheden, de agrarische sector en andere belanghebbende organisaties om weer te komen tot een verstandhouding waarbij de inhoud en het gesprek over een duurzame toekomst voor agrarische ondernemers en het landelijk gebied centraal staan (Kamerstuk 30 252, nr. 31 en nr. 32). Zojuist heeft dhr. Remkes zijn rapport ''Wat wel kan – Uit de impasse en een aanzet voor perspectief'' gepresenteerd, welke ik hierbij naar de Tweede Kamer stuur.
Daarnaast geef ik hierbij ook gehoor aan het verzoek van de vaste commissie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (uw kenmerk 35334-198/2022D38298) over het verzendmoment van de appreciatie van het rapport van dhr. Remkes en de Kamerbrief over de toekomst van de landbouw.
Het kabinet zal het rapport van dhr. Remkes bestuderen. Het streven is om op 14 oktober eerste appreciatie op hoofdlijnen van dit advies naar de Tweede Kamer een te versturen. In november zal de Tweede Kamer worden geïnformeerd over de hoofdlijnen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied met een verdere concretisering van de doelen en nadere uitwerking van de structurerende keuzes, en de toekomst van de landbouw. Wij begrijpen dat dit tot ongemak leidt rondom de planning van de begrotingsbehandeling van LNV.
Piet Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Christianne van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
500 – 600 grote bedrijven (piekbelasters) in de buurt van natuurgebieden moeten binnen een jaar stoppen.
In 2030 de helft minder stikstof blijft voorlopig staan. In 2025 en 2028 wordt gekeken of meer tijd noodzakelijk is.
De stikstofkaart gaat van tafel: er moeten minder gedetailleerde kaarten op regioniveau komen.
Op termijn moet ook de kritische depositiewaarde (kdw) van tafel.
Het legaliseren van PAS-melders en interimmers heeft voorrang. Die stikstofruimte moet er dan wel zijn.
Er moet meer ruimte voor innovatie komen; een Nationaal Innovatieprogramma moet agrarische vernieuwingen stimuleren.
Alle sectoren, waaronder de industrie, bouw en mobiliteit, moeten hun stikstofuitstoot verminderen.
Toenemende afstand tussen stad en platteland moet worden onderzocht.
Rapport: Wat wel kan - Uit de impasse en een aanzet voor perspectief (Johan Remkes)
Beslisnota bij Kamerbrief Rapport Remkes
Eerste reactie van de samenwerkende provincies over advies Remkes "Wat wel kan"