Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Waarom Nederland meer nodig heeft dan snelheid

De woningnood is groot. Iedereen voelt de druk: er moeten woningen bij, en snel ook. Maar in de haast om te versnellen, dreigt iets fundamenteels verloren te gaan. Ja, we moeten bouwen, maar we stellen onszelf te weinig de vraag WAT we moeten bouwen, en WAAR.

Federatie Ruimtelijke Kwaliteit 30 September 2025

Nieuws-persbericht

Nieuws-persbericht

Steeds vaker klinkt de klacht dat gemeenten de bouw vertragen met “allerlei verschillende regels”. Onlangs nog van de voorzitter van Bouwend Nederland.
Alsof Nederland één groot bouwveld is waar je overal hetzelfde type huis kunt neerzetten, al dan niet met een aanpasbaar schilletje. Dat beeld is niet alleen onjuist, het doet ook geen recht aan de werkelijkheid waarin gemeenten, ontwerpers en bouwers iedere dag zoeken naar oplossingen binnen complexe randvoorwaarden.

De woningbouw vertraagt niet omdat gemeenten eisen stellen aan kwaliteit. De oorzaken zijn structureel en veelkoppig: te weinig beschikbare bouwlocaties, stikstof, stijgende bouwkosten, personeelskrapte bij gemeenten en bouwbedrijven, en trage besluitvorming.

Typegoedkeuring kan helpen maar vervangt lokale afweging niet

Een landelijke typegoedkeuring voor woningbouw kan een goed instrument zijn om de druk bij de private kwaliteitsborgers – de bouwers zelf –  te verlagen. Het voorkomt dat elk ontwerp technisch opnieuw moet worden getoetst en kan helpen om het proces efficiënter te maken, maar niet voor gemeenten. En een kwestie van een vinkje zetten is het zeker niet. Het Bouwbesluit (of tegenwoordig het Besluit bouwwerken leefomgeving) stelt minimale eisen aan veiligheid, gezondheid en duurzaamheid. Dat is een ondergrens, geen bovengrens.

Een woning die technisch voldoet, is daarmee nog niet automatisch een goede woning. Ook bij woningen met een typegoedkeuring blijft de lokale toetsing aan het omgevingsplan noodzakelijk. Juist die stap bepaalt of een woning op die plek past. En dat kan geen keurmerk vervangen.

Nederland is namelijk divers. En dat is geen probleem, dat is onze kracht. Van binnenstad tot polder, van dorp tot stedelijke verdichting: iedere plek heeft zijn eigen karakter, schaal en sfeer. De eisen verschillen omdat de locaties verschillen. Het lokale bestuur stelt daarvoor de kaders. Een woning die past in een uitbreidingswijk hoort niet thuis in een beschermd stadsgezicht of een dorpslint, dat snapt iedereen. En een woning op slappe veengrond moet op heipalen staan, en bouw je hem op een helling, dan moet je eerst een loodrechte fundering leggen.

Dat verschil is dan ook geen bureaucratie, maar gezond verstand. Gemeenten hebben terecht de verantwoordelijkheid (en de plicht) om te zorgen dat wat gebouwd wordt, past bij de plek. Dat is geen vertraging, dat is kwaliteit.

Industriële bouw is een kans, maar niet de oplossing

Industriële woningbouw kan een belangrijke rol spelen in de versnelling. Slimme systemen en bouwmethoden kunnen de productie verhogen, de technische kwaliteit verbeteren en de stikstofuitstoot verminderen. Maar we moeten niet doen alsof het een goed idee is om Nederland onder een tapijt van identieke eengezinswoningen te leggen. Eengezinswoningen waarvan we er al heel veel hebben, terwijl de samenstelling van de huishoudens sterk aan het veranderen is. De kracht van industriële bouw ligt dan ook niet in eindeloze herhaling, maar in de mogelijkheid tot aanpassing: bouwsystemen die kunnen meebewegen met hun omgeving en de tijd. Dus waar is de trotse bouwer die met industriële middelen echt iets nieuws durft te maken: flexibel, duurzaam en vernieuwend, aanpasbaar aan de plek?

Dat in deze overspannen markt alles wordt verkocht lijkt voor sommigen een reden om de lat lager te leggen. Alsof verkoopbaarheid hetzelfde is als kwaliteit. Maar een lage ambitie schaadt de leefbaarheid, identiteit en dus de verbondenheid met de plek.

Meer dan alleen bouwen

De oplossing ligt niet alleen in méér bouwen, maar in slimmer omgaan met wat er al is.
Maak splitsen makkelijker. Geef ruimte om te verdichten, om op te toppen. Ontwikkel breed gedragen hoogbouwvisies, zodat binnenstedelijk met kwaliteit kan worden verdicht. En wees eerlijk over wat WEL kan. Tien nieuwe steden gaan er niet komen, en dat is maar goed ook. Het straatje erbij (aan de rand van de stad) kan soms een oplossing zijn, net als eengezinswoningen in het weiland, maar alleen als ze goed bereikbaar zijn en als er voorzieningen zijn.

Bouwen alleen is geen volkshuisvesting. Daarvoor is samenwerking nodig: tussen gemeenten, bouwers, corporaties, ontwerpers en het Rijk. Vertrouwen, vakmanschap en een gedeeld gevoel van verantwoordelijkheid zijn onmisbaar.

We moeten durven vernieuwen

In de jaren zeventig werd volop geëxperimenteerd met nieuwe woonvormen. Niet alles was geslaagd, maar veel ideeën waren hun tijd vooruit. Die experimenteerdrift missen we vandaag: Ontwerp woningen die kunnen veranderen, die eenvoudig kunnen schakelen tussen eengezinswoning, twee appartementen of kamerbewoning. Maak woningdelen mogelijk en aantrekkelijk (in plaats van het te bestraffen!) Zorg dat woningen meer kunnen dan alleen van gevel wisselen.

Daar ligt de uitdaging voor de bouwsector! Durf weer te ontwerpen, niet alleen te produceren. Durf weer trots te zijn op wat je maakt. Want als woningen flexibel, mooi EN toekomstgericht zijn, ontstaan er ineens veel meer plekken waar we echt kunnen bouwen.

Kwaliteit is geen vertraging, het is de voorwaarde

De woningnood vraagt niet om minder kwaliteit, maar om meer visie. Visie van de overheid, landelijk en lokaal. Visie van bouwers, opdrachtgevers en ontwerpers. De woningnood vraagt niet om het verlagen van de lat, maar om het herontdekken van wat bouwen werkelijk is: het maken van goede leefomgevingen. Snelheid is daarbij belangrijk. De volkshuisvestelijke opgave is zo groot, dat iedereen daarvoor moet onderzoeken wat er sneller en efficienter kan. Daarbij gaat het ook om woorden: het is niet zo dat regels en procedures de bouw vertragen: die regels en procedures zijn er altijd al geweest, en de bouwondernemers zijn er geweldig goed in om die elementen in hun calculaties van kosten en tijd mee te rekenen. Er is dus geen sprake van vertraging, maar wel van versnelling als je slepende procedures door goed overleg met omwonenden kan voorkomen en als je, voordat je een plan presenteert, precies weet welke lokale eisen en wensen er zijn. Als je daar allemaal geen rekening mee wilt houden, en een plan presenteert dat uit de fabriek is gerold, zonder dat je rekening hebt gehouden met de noodzaak om heipalen te slaan of aansluiting te zoeken bij het beleid, dan heb je gewoon je werk niet goed gedaan.

Snelheid zonder kwaliteit is simpelweg een doodlopend pad.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.